een mirakel patiënt
"Ik had nog nooit zo’n lage waarden gezien: we konden zijn suiker of bloed niet testen en hij was ernstig uitgedroogd en onderkoeld."
Arts Cecile van de Konijnenburg wist al gauw dat ze in de humanitaire sector wou gaan werken. Geneeskunde studeren leek haar de veiligste optie voor het vinden van een job in het buitenland. Na haar stage van twee jaar, een geslaagde opleiding tropische geneeskunde in het ITG, een eerste werkervaring bij Fedasil en Kind & Gezin, en vrijwilligerswerk in Oeganda, solliciteerde ze begin 2015 bij Artsen Zonder Grenzen en werd prompt aangenomen. Het avontuur kon beginnen.
Je hebt al vijf missies achter de rug naar DR Congo, Griekenland, Zuid-Soedan en Afghanistan. Hoe ben je geëvolueerd doorheen al deze missies?
Eigenlijk heb ik geluk gehad met mijn eerste missie. Ik heb negen maanden bij de ‘Pool d’Urgence’ gewerkt in Congo (het mobiele urgentieteam dat zich uitsluitend richt op noodgevallen), waar ik mijn klinische vaardigheden heb kunnen oefenen en tegelijkertijd al wat kon leren over een superviserende functie, omdat de nationale collega’s zeer competent waren. In Griekenland heb ik in een veilige omgeving mijn superviserende vaardigheden verder kunnen ontplooien dankzij de Nursing Assistant Manager die me toeliet haar een handje te helpen. Op mijn derde missie naar Zuid-Soedan vertrok ik niet meer als arts, maar als medical supervisor en in Afghanistan was ik als IPD supervisor verantwoordelijk voor alle patiënten met een lang verblijf in een ziekenhuis met 69 bedden.
Artsen Zonder Grenzen steunt me enorm in het doorgroeien naar een meer coördinerende rol. Na elke missie bespreken we wat goed is gegaan en wat niet, wat me ligt en waarin ik verder wil groeien en leren.
Overloop eens een typische dag op je missie in Congo.
Die was er niet! (lacht) Ik probeerde altijd heel vroeg aan te komen, nog voor de ochtendvergadering in het ziekenhuis om al eens de zwakste patiënten te bezoeken. Na de ochtendvergadering volgde de ‘tour de salle’, waar ik training gaf aan de nationale medewerkers en overlegde met de nutritionist, de andere dokters en de verpleging. Daarna ging ik meestal langs bij de apotheek om de opvolging van de bestellingen te bekijken. Tussendoor kwamen er dan meestal verschillende patiënten binnen in de spoed. ’s Namiddags vond ik tijd om vragen te stellen aan mijn logistieke collega’s en ik probeerde voor ik naar huis terugkeerde nog eens bij de patiënten langs te gaan die er het ergst aan toe waren.
Wat is je favoriete en je minst geliefde onderdeel van het terreinwerk?
Het gevoel wanneer er een heel ziek patiëntje binnenkwam en het hele team zich onmiddellijk inzette om samen te vechten voor diens leven. Of de vriendelijke begroetingen die je krijgt als je in klein dorpje woont waar iedereen je kent. Het teamleven was ook iets dat ik heel erg koesterde. Je kan zeer intense vriendschappen opbouwen op het terrein. Anderzijds kan dat laatste ook tegenvallen: als samenwerken met een bepaalde collega moeilijk gaat, dan weegt dat zwaarder door dan thuis en is het moeilijker om daar afstand van te nemen zonder dat het impact heeft op je werk.
Wat is het belangrijkste dat je geleerd hebt?
Dat de arts het minst belangrijk is in een team (lacht). We zijn erg afhankelijk van de andere collega’s die voor proper water zorgen, het ziekenhuis opbouwen, de wegen vrijmaken, de medicijnen leveren, de bedden en muggennetten opzetten, … Ik heb van mijn logistieke collega’s geleerd om ook praktisch na te denken over geneeskunde.
Van mijn nationale collega’s heb ik enorm veel bijgeleerd, vooral over het omgaan met kindersterfte. Ik blijf vol bewondering voor hun veerkracht.
"Ik had nog nooit zo’n lage waarden gezien: we konden zijn suiker of bloed niet testen en hij was ernstig uitgedroogd en onderkoeld."
Is er een patiënt die je altijd zal bijblijven?
Een mirakel patiënt in Bili, Congo. Een tweejarig jongetje werd binnengebracht met gecompliceerde cerebrale malaria. Ik had nog nooit zo’n lage waarden gezien: we konden zijn suiker of bloed niet testen en hij was ernstig uitgedroogd en onderkoeld. Hij had epileptische aanvallen, bloedvergiftiging en was in shock.
Na het geven van zuurstof, een kleine hoeveelheid vocht en het corrigeren van zijn suikerwaarden werd er voorzichtig meer vocht gegeven in afwachting van een geschikte donor en bloed. Daarna volgde medicatie om zowel malaria als een ernstige bacteriële infectie te behandelen. Hij was letterlijk bijna dood toen hij binnenkwam maar tegen alle verwachtingen in was hij na drie dagen er weer erbovenop. Na een week kon hij zelfs al het ziekenhuis verlaten en met zijn moeder de lange tocht terug naar huis beginnen. Een gekke hanekam was het enige zichtbare gevolg van zijn ziekenhuisverblijf: we moesten namelijk een deel van zijn hoofdje scheren om een goede ader te vinden!
Over welke kwaliteiten moet een arts bij Artsen Zonder Grenzen beschikken?
Je moet capabel zijn om een goed differentieel diagnoselandschap te kunnen schetsen en sterk zijn in klinische besliskunde. Je moet dus met andere woorden klinisch kunnen redeneren en keuzes maken met weinig middelen en tools, vooral door een goede kennis van de ernstige, behandelbare ziektes in de regio.
Als persoon moet je leergierig en nieuwsgierig zijn. Je moet met een open geest situaties bekijken en dan denken: wat kan ik bijleren en wat heb ik zelf te bieden? Wat betreft het managementsdeel van je functie, moet je ervan bewust zijn dat management iets is dat je kan leren. Er bestaan ook verschillende stijlen van management. Vergeet vooral niet te durven falen.
"Uit je comfortzone stappen maakt je een betere arts in België, omdat je veel zal leren waar je in België nooit de kans toe krijgt."
Wat zou je zeggen tegen een collega arts die wil solliciteren?
Doen! Het is niet alles-of-niets. Je moet niet je hele carrière opgeven om bij Artsen Zonder Grenzen te werken. Tussen missies door kan je pauzes nemen. Ik heb momenteel een jaar pauze en volg een master in publieke gezondheid. Deze master zal me helpen om te evolueren naar een medische coördinatiërol bij Artsen Zonder Grenzen. Je kan het terreinwerk dus aanpassen aan je levensstijl.
Ik vind het persoonlijk ook een verrijking. Door contact te houden op lange afstand zijn mijn vriendschappen betekenisvoller geworden.
Het behandelen van veel extreem zieke patiënten in precaire omstandigheden maakt je ook een betere arts in België. Ik heb meer zelfvertrouwen in mijn kunde, ik weet nu heel goed wanneer ik een patiënt moet doorverwijzen en ik kan mijn laboresultaten beter naar waarde schatten.