Honderduizenden ontheemden in Tigray: een enorme massa mensen slaapt in scholen of op straat
De afgelopen weken zijn nog eens tienduizenden ontheemden aangekomen in de regio Tigray, Ethiopië. Al sinds het begin van het conflict komen mensen op de vlucht terecht in steden als Awda en Axum. Maar de toestroom is afgelopen dagen heel hard toegenomen. Veel ontheemden werden bij mensen thuis opgevangen, maar dat gaat hoe langer hoe minder. Massa’s mensen moeten zich nu settelen in scholen en leegstaande gebouwen. Er is een gebrek aan eten, water, onderdak en sanitaire voorzieningen. Velen zijn al op de vlucht sinds november.
Vandaag zijn vooral scholen in steden als Adwa, Axum en Shire het epicentrum van een enorme ontheemdencrisis. Honderdduizenden mensen zijn hier - hoewel niemand het echte aantal kent. De humanitaire hulp en hulp vanuit de gastgemeenschappen raakt uitgeput. Het dak van een van scholen is in de afgelopen weken helemaal kapotgeschoten. In één klaslokaal ligt de grond bezaaid met computers, monitoren, stoelen en boeken; op het schoolbord is nog krijt te zien van de lessen vroeger. In dit klaslokaal ontmoeten we Ken.
Dagen zonder eten, slapen op de grond
Ken is met zijn gezin van vijf net toegekomen in Awda. In de eerste dagen van de crisis zagen ze hoe hun oorspronkelijke thuis volstroomde met mensen die het geweld elders ontvluchtten, later kwamen de Eritrese soldaten ook zijn dorp binnengevallen.
In november moest de familie op de vlucht, met enkel hun kleren aan en de jongste kinderen op hun schouders. Onderweg zagen ze veel lijken liggen. Ze bleven onderweg en vroegen de lokale bevolking onderweg om onderdak en voedsel.
"We haalden water uit de rivier om te drinken," zegt Ken. "Sommige dagen aten we niets. Een meisje dat met ons op de vlucht was, beviel, zonder dat er een dokter in de buurt was. We hadden alleen een laken om ze aan te bieden, dus maakten we een vuurtje om de baby op te warmen."
Ze probeerden terug te keren naar hun verwoeste huis, maar dat gaat niet door de onveiligheid. "We hebben geen plannen, geen idee hoe onze nabije toekomst eruit ziet. We kunnen niet naar huis - hoe zouden we dat doen?"
‘s Nachts zijn de klaslokalen gevuld met tientallen mensen die naast elkaar op de grond gepropt liggen. Wie minder geluk heeft, slaapt buiten. Niemand weet hoe lang ze hier nog zullen zijn. Niemand had echt verwacht dat zoiets als dit zou gebeuren. Zelfs degenen die zich de grensoorlog tussen Ethiopië en Eritrea herinneren, die eind jaren negentig een hoogtepunt bereikte, zien geen vergelijking met wat er vandaag in Ethiopië gebeurt.
Voedsel bijna op, weinig drinkwater
Op 30 minuten rijden van Adwa ligt de historische universiteitsstad Axum. "Ik ben hier nu 42 dagen," zegt Bayesh, jonge moeder van twee hele kleine kinderen. Net als veel andere vrouwen hier, weet Bayesh niet waar haar man is en heeft ze al enkele maanden geen contact met hem gehad, waarschijnlijk zijn sommigen van hen nu vluchtelingen in Soedan.
Ze heeft wat voedselhulp gekregen, maar is bezorgd dat haar voorraden opraken. "In het begin kreeg ik vijf liter bakolie, 30 kg meel en 50 kg tarwe. Dat is nu bijna allemaal op. Hier is heel weinig voedselbedeling. Ik probeer hetgeen ik heb te delen met andere nieuwkomers, vooral zwangere vrouwen. Het weinige water dat we krijgen, wordt gebruikt als drinkwater. De kinderen mogen altijd als eerste drinken bij ons. Ik heb me nog niet gewassen sinds we hier zijn. Mijn baby wordt ziek door het vuil waarin we slapen."
Onze teams werken hard aan herstel
Onze teams zijn dag en nacht in de weer om eerst en vooral zoveel mogelijk gezondheidscentra te herstellen, en die te voorzien van medicatie. We concentreren ons vooral op spoedafdelingen, kraamafdelingen en poliklinieken. Met mobiele klinieken proberen we grote, informele samenscholingen van mensen te bereiken om hun water en basiszorg te kunnen bieden.